VRAAG VAN VAN HAUTHEM, BECQ, VERMEIREN AAN DUA IN VLAAMS PARLEMENT 6.5.2003

 

 

Actuele vraag van de heer Joris Van Hauthem tot mevrouw Vera Dua, Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw, over de uitvoering van het akkoord van 24 januari 2003 betreffende de nachtvluchten

Actuele vraag van mevrouw Sonja Becq tot mevrouw Vera Dua, Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw, over de uitvoering van het akkoord van 24 januari 2003 betreffende de nachtvluchten

Actuele vraag van de heer Francis Vermeiren tot mevrouw Vera Dua, Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw, over de uitvoering van het akkoord van 24 januari 2003 betreffende de nachtvluchten

De voorzitter: 

Uitvoering van het akkoord van 24 januari 2003 betreffende de nachtvluchten

De voorzitter : Aan de orde zijn de samengevoegde actuele vragen van de heren Van Hauthem en Vermeiren en van mevrouw Becq tot mevrouw Dua, Vlaams minister van Leefmilieu en Landbouw, over de uitvoering van het akkoord van 24 januari 2003 betreffende de nachtvluchten.

De heer Joris Van Hauthem: 

Mevrouw Durant heeft ontslag moeten nemen als federaal minister. Nu zal wellicht het akkoord van 24 februari 2000 worden uitgevoerd dat bepaalt dat er drie nachtvluchten komen over Brussel.

In Bracke en Crabbé verklaarde minister Dua dat zij de eerste was om Durant attent te maken op de noodzaak van een spreiding van de nachtvluchten. Dat is onbetamelijk. Oorspronkelijk was er immers een spreiding. Toen er in februari 2001 een concentratie is gebeurd, heeft minister Dua deze maatregel verdedigd. De meerderheidspartijen hebben pas ingezien dat ze zich hadden vergist na het verzet van de bewoners van de Noordrand. Het akkoord van 24 januari is niet meer dan een eerste lichte correctie op een nefast akkoord.

Wat zal de minister doen om ervoor te zorgen dat het akkoord van 24 januari jongstleden wordt uitgevoerd en dat het akkoord rond de concentratie van de nachtvluchten boven de noordrand op de helling wordt geplaatst ? Alleen zo kan een redelijke spreiding van de lasten van de luchthaven kan worden gerealiseerd.

Mevrouw Sonja Becq: 

Na het invoeren van de concentratie hebben de inwoners van de Noordrand gepleit voor een spreiding van de nachtvluchten. Mevrouw Dua heeft toen, net zoals de andere vertegenwoordigers van de meerderheidspartijen, de concentratie en de isolatie verdedigd.

De minister-president sprak over een uitwaaiering, maar in de praktijk is daarvan weinig te merken. De zware vliegtuigen blijven de route boven de Noordrand volgen. Bovendien is er een lange gezamenlijke route en komt de uitwaaiering pas later.

Gaat de minister voor de uitvoering van het akkoord van 24 januari of wil ze een echte spreiding realiseren ?

De heer Francis Vermeiren: 

Het akkoord van 24 januari moet worden uitgevoerd. Er is ook een degelijk akkoord nodig over een degelijke spreiding van de nachtvluchten. Deze regering zal zeer waakzaam moeten zijn. De toestand van vóór februari 2001 was echter ook niet ideaal.

De huidige situatie is nefast voor de zekerheid van de werkgelegenheid. Toen ik onlangs samen met minister Vogels deelnam aan een debat, vernam ik dat wijzelf en de bevolking van mijn regio gevaar lopen. We dreigen onder meer het slachtoffer te worden van dioxinevervuiling en we lopen een verhoogd risico op depressie. Uit documenten van de provincie Vlaams-Brabant blijkt bovendien dat er in de omgeving van Zaventem een verhoogde uitstoot is van dioxine.

Daarom heb ik me samen met de VMM verdiept in deze negatieve berichten. Ik heb kunnen vaststellen dat er sedert 1995 nooit een verhoogde uitstoot van dioxine is geweest. De meetpunten bevinden zich nochtans zeer dicht bij de luchthaven, op een plaats waar de uitstoot van kerosene wellicht zeer groot is.

Ik pleit voor een degelijke informatie van de maatschappij. Ook de leden van de protestgroepen dragen hier verantwoordelijkheid. Er is immers ook een economisch probleem. Ik kan niet dulden dat de economie in mijn streek wordt geschaad.

Ik wil dat de minister de dioxinegehaltes regelmatig controleert en dat de resultaten op een correcte manier publiek worden gemaakt. Enkel op deze manier kunnen er correcte beslissingen genomen worden. Er moet misschien ook een instelling gecreëerd worden die ervoor kan zorgen dat een vaudeville, zoals we die voorbije kenden, voortaan kan vermeden worden.

Minister Vera Dua: 

Ter attentie van de heer Van Hauthem wil ik duidelijk stellen dat het onmogelijk is om terug te keren naar de situatie van 1999 waarbij het Brusselse gewest geen enkele nachtvlucht te verduren kreeg en alle nachtvluchten geconcentreerd werden boven de Oost- en Noordrand. Al gedurende de eerste week van mijn aantreden werd ik geconfronteerd met boze bewoners uit Tervuren die ‘s nachts door de nachtvluchten de slaap niet konden vatten.

Intussen werd het probleem verplaatst naar de Noordrand. Met het akkoord van 24 januari werd er een route uitgewerkt voor 3 nachtvluchten boven het Brusselse gewest. Ik ondertekende dit akkoord en blijf het bijgevolg verdedigen. Het is immers een belangrijke stap vanwege Brussel maar ik erken tegelijk dat het zeker niet voldoende is om tot een degelijke oplossing te komen voor de Noordrand. In de Noordrand is men, vanuit de stelling dat gedeelde lusten ook gedeelde lasten betekenen, voorstander van een volledige spreiding.

De eerste stap hiertoe werd inmiddels gezet. Het was geen makkelijke stap die evenwel zeker niet mag beschouwd worden als een eindpunt. Binnen een aantal weken zal men immers weer rond de tafel gaan zitten om een nieuw pact voor Brussel uit te werken. Dit pact zal een grotere spreiding van de nachtvluchten en een daling van de lasten voor de Noordrand als uitgangspunten moeten hebben.

Bij dit alles zal het Brussels gewest ongetwijfeld moeten betrokken worden.

Intussen heeft de Vlaamse regering een nieuw voorstel voor de geluidsnormen uitgewerkt. Bij dit voorstel gaat men uit van systeem van concentrische cirkels rond Zaventem. Op voorwaarde dat er een overeenkomst kan gesloten worden over de hoogte van de geluidsnormen, sluit dit voorstel trouwens naadloos aan bij het systeem dat door het Brussels gewest werd uitgewerkt. Het Vlaamse gewest doet dus wel degelijk een inspanning om tot een oplossing te komen.

Speciaal voor de heer Vermeiren wil ik stellen dat er inderdaad een maatschappelijke consensus moet komen over Zaventem. De Vlaamse meetdiensten voeren metingen uit. Het Brusselse gewest beschikt over eigen diensten voor deze metingen. Als minister van Leefmilieu kan ik echter onmogelijk poneren dat het luchtverkeer niet belastend is voor het milieu. Dat het luchtverkeer verantwoordelijk is voor een verhoogde kerosine-uitstoot en dat het een impact heeft op het leefmilieu en de gezondheid is algemeen bekend.

In verband met het dioxinegehalte in de lucht werden er trouwens recent nog positieve resultaten geboekt door de onder andere de industriële uitstoot te verminderen en door de sanering van de verbrandingen in open lucht.

Zaventem ligt in een zeer dichtbevolkte regio. Vandaar dat premier Verhofstadt, na zijn bezoek aan de luchthaven van Schiphol, ook hier het zogenaamde Schipholmodel heeft geïntroduceerd. In dit model speelt isolatie heeft cruciale rol.

Ik wil een pleidooi houden voor een regeling waarbij men, onder meer door afspraken met het koerierbedrijf DHL, op een economisch verantwoorde manier nachtvluchten naar Londen en Parijs kan laten vervangen door vervoer met de trein.

Verder moet men samen met de Brusselaars en het Brusselse gewest tot een consensus zien te komen.

De heer Joris Van Hauthem: 

Op lange termijn moet men inderdaad tot een consensus zien te komen. De jongste 4 jaar was er echter geen sprake van een langetermijnvisie. De minister zou moeten kunnen toegeven dat zij zich heeft laten bedotten. Minister Dua heeft het concentratiemodel hier trouwens diverse keren hartstochtelijk verdedigd.

Als Vlaanderen dezelfde strenge milieunormen als het Brusselse gewest zou toepassen, moet Zaventem onherroepelijk sluiten. In Brussel rekent men er echter op dat Vlaanderen dit nooit zal laten gebeuren. Zowel voor de regio zelf als voor Brussel zou dit immers een economische ramp zijn. Dit is de politiek-economische realiteit.

Misschien kan minister Dua de Agalev-schepen van de stad Brussel ten slotte ook eens vragen dat hij zich zou inspannen dat Brussel de door ingediende klacht bij de Raad van State zou laten vallen. Agalev maakt hier misschien wel het verschil maar zeker niet in de Noordrand.

Mevrouw Sonja Becq: 

Ik dank de minister voor haar antwoord, maar ik heb niet zoveel hoop. Ik ben ervan overtuigd dat er een maatschappelijk draagvlak bestond, maar het werd juist aangetast door de akkoorden die tijdens deze regeerperiode werden afgesloten over de concentratie van de vluchten.

De concentrische cirkels vormen wellicht een goed model, maar men blijft wel de gegijzelde van het Brusselse gewest. Even cruciaal mijns inziens zijn overigens de afspraken en akkoorden die Ecolo en Agalev terzake afsloten.

Wij zijn niet tegen nadenken op lange termijn over allerlei alternatieve maatregelen en oplossingen, maar wij willen tegelijk op korte termijn een maximale rechtvaardige spreiding. De regio rond Zaventem moet draaglijk blijven.

De heer Francis Vermeiren: 

De minister zal pleiten en ijveren voor spreiding op termijn. Dat is enigszins nieuw. Ik heb niet gezegd dat de uitstoot van kerosine geen gevolgen heeft. Ik heb wel gepleit voor correcte berichtgeving. Het is de taak van de minister om daar zoveel mogelijk aan mee te werken. Zij doet dat nu al ten dele. Dat is belangrijk met het oog op het naar elkaar toegroeien van de geesten in de richting van een evenwicht tussen ecologie en economie.

Minister Vera Dua: 

Mevrouw Becq beweert dat het maatschappelijke draagvlak voor de nachtvluchten weg is, maar ik wil erop wijzen dat er ook in het verleden al heel wat actiegroepen tegen het nachtlawaai actief waren. De politieke wereld lag daar toen echter niet van wakker. Door de verschuiving van de vluchten, hebben natuurlijk ook de actiegroepen zich verplaatst.

Is het Vlaams Gewest de gegijzelde van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ? Elk gewest oefent zijn bevoegdheden op zijn eigen manier uit. Al anderhalf jaar geleden heeft het Vlaams Gewest de opschorting van de strenge Brusselse geluidsnormen bekomen, dus er kunnen wel degelijk afspraken met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest worden gemaakt.

Het gaat hier niet zozeer om een communautair geschil, als om een geschil tussen het Vlaamse en het Brusselse Gewest. We streven naar een consensus : met de spreiding van de vluchten zullen meer Vlamingen in mindere mate worden gestoord, terwijl nu minder Vlamingen op een onhoudbare manier de last moeten dragen.

- De vergadering wordt geschorst om 15.18 uur.